
Woensdag 5 juli
We hebben vannacht prima geslapen. Het is hier qua verkeer een stuk rustiger en er zijn ook geen hangjongeren. Ik neem de reling af en drapeer mijn wasgoed erover om te drogen. Het is bewolkt en het waait een beetje. Adri blijft aan boord om het wasgoed in de gaten te houden als ik om half elf naar het Fries Museum loop. Vanmiddag is de Bonifatiuskerk open tussen twee en vier uur. Daar hopen we samen naar toe te gaan. Heb ik mooi nog een paar uurtjes de tijd om in het Fries Museum rond te kijken.

De voorkant van het museum aan het Wilhelminaplein bestaat helemaal uit glas. De collectie is verdeeld over drie verdiepingen. Elke verdieping komt uit op het trappenhuis achter de glazen voorpui. Ik betaal € 12,- voor een toegangskaartje en hoor dat ik hiermee vandaag ook een bezoek kan brengen aan het keramiek museum. Ik start op de eerste verdieping met een presentatie over ‘Mata Hari’. Een exotische danseres in Parijs die in 1876 onder de naam Margaretha Zelle in Leeuwarden is geboren. In 1917 is zij schuldig bevonden aan spionage en verraad en door de Fransen gefusilleerd. De hele verdieping gaat over het ontstaan van Friesland. De terpen, het inpolderen van de Middelzee, het afgraven van een groot aantal terpen. Ook de landbouw en de handel door de tijd heen en de Friese taal met haar dialecten komen royaal aan bod. Het wordt allemaal erg leuk gepresenteerd.

De huiskamer uit Hindeloopen die naar de wereldtentoonstelling is gestuurd staat er opgesteld. De expositie over kostbare rotzooi is een aanrader. Op de tweede verdieping is een expositie over Sits. De prachtige kleurrijke stoffen uit India die gebruikt zijn in de klederdracht uit Hindeloopen. Een creatie van de Nederlandse modeontwerpers Victor en Rolf met deze stof wordt ten toon gesteld. De paspop draagt speciale houten klompen met een hoge hak. Ik heb niet voldoende tijd om alles rustig te bekijken.

De zaal met de geschiedenis over de oorlogstijd sla ik over en de rest loop ik snel door. Om één uur ben ik weer op de boot voor de lunch en om Tess uit te laten. Adri heeft een ongelukje gehad terwijl ik weg was. Met zijn handen vol met droog wasgoed is hij van de trap gevallen. Met zijn rug op de traptreden. Tess was geschrokken van een knallende motorfiets, wilde snel naar beneden en nam de baas mee. Niet helemaal zeker, maar waarschijnlijk omdat ze verstrikt raakte in het dekbedovertrek. “Ik heb vast een paar ribben gekneusd” zegt hij teleurgesteld. Hij ziet het niet zitten om vanmiddag mee te gaan naar de Bonifatiuskerk. Na de lunch laat ik de hond uit en om half drie vertrek ik in mijn uppie naar de kerk.

De toren van deze kerk is jaren lang het hoogte bouwwerk van de stad geweest. De kerk is ontworpen door de bekende architect P.J.H. Cuypers. Ik maak een film voor Adri en een hele hoop foto’s. Zodat hij thuis toch nog wat van de binnenzijde van de kerk kan zien. Voor de restauratie van het Adema orgel wordt geld ingezameld. Ze willen het orgel weer terugbrengen in de originele staat. In het koor staat een orgel van de Franse orgelbouwer Aristide Cavaillé-Coll. Ik ben weg van de mooie gebrandschilderde ramen in de stijl van de Amsterdamse School. Vlak voor sluitingstijd verlaat ik de kerk en loop nog een rondje om de buitenzijde van alle kanten te fotograferen.



Op de terugweg breng ik nog een bezoek aan het keramiek museum. De eerste verdieping van het museum wordt verbouwd en is niet open. De vaste collectie is daarom niet te bekijken. De tijdelijke expositie spreekt mij niet aan. Ik heb het snel gezien en keer terug naar de boot. We leggen de waterslang uit en tanken water terwijl ik de maaltijd klaar maak.