Zaterdag 4 juli 2015
Gisterenavond werden wij uitgenodigd om de nieuwe elektrische pan van Stephan en Laure-Anne uit te proberen. Als proef maakte Laure-Anne een overheerlijke ratatouille. Op die manier fungeren als proefkonijn vinden wij helemaal niet erg. Ondertussen zaten wij heerlijk boven op het terras van de spits waar zij op willen gaan wonen. Het waren vip-plaatsen met uitzicht op het “Aper’eau”, een openluchtaperatief, dat op de kade voor het MAS heel veel mensen trok. Het evenement stopte te middennacht maar de opruimwerkzaamheden zorgde ervoor dat ik, met de escapades van de nachten ervoor in mijn hoofd weinig heb geslapen.

Royerssluis
We hebben zin om weer een stukje te varen. We zijn 9 nachten in Antwerpen geweest en we hebben ervan genoten maar we willen nu wel weer verder. We hopen er zeker nog wel eens terug te komen. We gaan met de brugopening van 11.30 het Willemdok uit en varen naar de Royerssluis. We melden ons op de VHF en krijgen te horen dat we een seintje doorkrijgen als wij mogen invaren. Tijdens het wachten verzamelen er heel wat schepen. Verschillende rondvaartboten en charters en een aantal beroepsschepen die voorrang krijgen op de recreatie. Zij krijgen een plaats toegewezen in de sluis. Negen schepen varen de sluis in en wij vrezen dat we nog een uurtje moeten dobberen voor wij kunnen schutten. Maar het valt mee en we mogen als de benjamin als laatste de sluis vullen aan stuurboord achterin. De Royerssluis is oud en op de kade staat iemand om de touwen om de bolders te leggen. Hij vraagt om de lus want we zullen 4 meter naar beneden zakken en we kunnen niet verhalen. Het touw kan dus alleen bovenop de kade worden vastgemaakt. Dit wordt weer een nieuwe ervaring voor ons. Ik sta voorop lekker te keuvelen met de schipper van vrachtschip “De Brisant” terwijl Adri achterop de grootste moeite moet doen om de kont bij de kant te houden. De sluisdeur lekt een stroom water aan stuurboord achter waardoor de kont met kracht wordt weggeduwd. Met de hekschroef en zijn spierkracht probeert hij het schip langs de sluismuur te houden maar dat wordt steeds moeilijker naarmate we verder dalen en het touw steeds schuiner naar boven komt te staan. Hij wordt er niet vrolijk van. Daarbij staan wij ook nog eens in de volle zon en duurt het voor ons gevoel bijna een uur voor wij kunnen uitvaren. De stootwillen hingen echter goed en we hadden aan bakboord de ruimte om af te drijven. De touwen worden losgemaakt en aan boord gegooid. Als laatste verlaten wij de sluis en komen in de vloedstroom van de Schelde.

Het is inmiddels half twee en wij hebben een reis van een kilometer of tachtig voor de boeg. De vloedstroom zorgt voor een versnelling van 5 km. per uur. Dat lijkt niet veel maar dat is mega. Of je nu 12 km/per uur gaat of 17 km/per uur. Het is flink oppassen. Even niet goed opgelet en je zit op een ondiepte die bijna in alle bochten voorkomen. Daarnaast moet je ook goed rekening houden met beroepsschepen die tegen de stroom verkeerde wal varen. Gelukkig is het niet zo druk met beroepsschepen. Er zijn wel veel recreanten op het water. Mensen met kleine snelle bootjes die aan het waterskiën zijn. Ook een paar echte raceboten die je met veel lawaai voorbij stuiven.

Om kwart voor vier zijn we nog niet op de helft van onze tocht. Ik bel de volgende sluis op om te informeren tot hoe laat er wordt geschut. Tot 18.00 uur wordt er gezegd. We moeten nog 42 kilometer varen. Als we het niet halen dan mogen we aan de wachtsteiger overnachten en dan kunnen we zondagochtend om half zeven schutten. We overzien onze mogelijkheden. De drijvende steigers die we zijn gepasseerd zagen er niet zo stevig uit. We zitten vlak bij Dendermonde en op de kaart staat daar zo’n beetje onze laatste aanmeer mogelijkheid. Als we de sluis willen halen dan moeten we voluit gaan varen, wat betekent een kolk in de tank. Als we aan de wachtsteiger van de sluis overnachten dan moeten we de volgende ochtend weer verder. We willen liever niet op zondag gebruik maken van de sluis. Dus het wordt Dendermonde.
Dendermonde
De steiger van de W.S.V. Dendermonde is nog helemaal vrij. De kant met de gele bolders is voor leden en de kant met de rode bolders is voor passanten. We varen eerst voorbij en keren dan om tegenstroom aan te meren. Het gaat allemaal gelukkig vloeiend en binnen een paar minuten ligt de boot met drie trossen en springen en nog een extra spring op de voorbolder stevig vast. We rekenen € 34,- af voor twee nachten inclusief stroom. We zijn erg moe van alle spanning. De drijvende steiger ligt vlak achter een brug maar het water stroomt flink op deze plaats. Het verschil tussen HW en LW is zo’n 4 tot 5 meter. Voor de avond komt er nog één ander jacht aan de passantensteiger liggen.