
Vrijdag 13 juli 2018
Naar Leuven over kanaal Leuven-Dijle
Dertig kilometer is het naar Leuven. We hebben gebeld met de jachthaven of ze een plekje hebben voor ons. Tussen de eerste en de tweede steiger kunnen we liggen aan de kade en we hebben goede walstroom. De havenmeester Piet zegt dat we vijf uur onderweg zullen zijn en dat hij ons rond twee uur in de haven zal opvangen. We moeten ons melden bij de centrale bediening op VHF 20. Zij zorgen dan voor een vlotte bediening van de sluizen en de bruggen.

We gaan om negen uur varen en komen eerst langs een hele rij woonschepen van oude spitsen en andere oude beroepsschepen. Het laatste stukje van de lange kade is ingericht voor de historische plezierjachten. Een aantal bakdekkertjes en salonscheepjes liggen hier aangemeerd. De kwaliteit van de boten laat nog wel wat te wensen over. De meeste schepen zien er wat haveloos uit. Eigenlijk zoals de huizen in België zijn. De eerste brug wordt voor ons bediend en de sluis Battel komt er al snel aan. De sluizen in het kanaal zijn van het zeldzame type buiksassen. De sluismuur is niet recht maar heeft aan beide kanten twee half ronde uitsparingen. Vroeger konden er twee vrachtscheepjes naast elkaar schutten in de sluis. Nu wordt ons aangeraden om achterin de sluis vast te maken omdat het water via schuiven in de sluisdeuren wordt ingelaten. Dat gaat met veel kracht en zorgt voor een onstuimige stroming in de sluis. Achterin heb je daar wat minder last van. Vastmaken aan zo’n gebogen wand is lastig. Onze boot heeft een recht middenstuk en past niet goed tegen de gebogen wanden. Ik moet de ronde stootwillen hoog langs de ronding van de boeg ophangen. Sluis Battel gaat goed. Het water wordt met veel kracht de kolk in gespoten uit de gaten in beide deuren en doet het water in de sluiskom kolken maar we liggen achterin redelijk rustig tegen de stootwillen aan en stijgen 4 meter zonder al te veel moeite.

We varen nu langs de rand van Mechelen. Hier zijn een aantal kleine aanlegplaatsen waar je tijdelijk kunt aanmeren om de stad te bezoeken. We zijn echter van plan om met de boot over de Dijle naar Mechelen te varen en in de stad zelf te gaan liggen. De bruggen die voor ons moeten draaien worden vlot bediend. We mogen hier maar 6 kilometer per uur varen en we worden waarschijnlijk door de centrale bedieningspost gevolgd via camera’s. Het kanaal voert langs Domein Plankendaal waar ook een kleine aanlegplaats is. Dit is een dierentuin. De hoge bomen ontnemen ons het zicht op de dieren. We zien alleen de bovenkant van een grote kooi voor roofvogels.

Extra lastige schutting, een kras tot gevolg
Bij de Hellebrug moeten we wachten. De lichten blijven op rood staan en Adri neemt contact op met de centrale bedieningspost om door te geven dat we zijn gearriveerd. Ze melden ons echter dat we even moeten wachten want er komt nog een plezierjacht aan. Even later zien we inderdaad een jacht uit Sas van Gent ons oplopen. De brug wordt voor ons beiden geopend en bij sluis Boortmeerbeek moeten we samen schutten. Wij moeten nu voor in de sluis gaan liggen om ruimte te bieden aan het tweede jacht. We leggen de boot vast met een meertouw voor en achter en de grote bolfenders langs de boeg. We moeten hier 2,7 meter opschutten. De schuiven in de deur worden opengetrokken en het water spuit de sluiskolk in. De stroom duwt de boot vanaf rechts tegen de sluismuur zodat de grote fender helemaal ingedrukt wordt. Adri probeert met de boegschroef de boot van de muur af te houden maar er is geen beginnen aan. De houten reling gaat rakelings langs de puntige stenen in de muur maar de witte rand van de boeg schaaft langs de muur. Als we uitvaren kijk ik even wat de schade is. Over een centimeter of twintig is de witte verf er afgeschraapt. Adri neemt contact op met de centrale post of ze bij de volgende sluis het water wat rustiger willen toelaten. Het plezierjacht wat gelijk met ons moest schutten stuift ons voorbij en we zien dat ze bij Yacht Club Het Sas een ligplaats gaan nemen. Daar hebben we geen last meer van.


We kunnen nu bij de volgende sluis weer gewoon achterin gaan liggen en dat maakt een heel verschil. De Kampenhoutsas brengt ons 2,4 meter omhoog en later brengt Sluis Tildonk ons nog eens 2,2 meter hoger. De laatste brug die voor ons wordt bediend is de Vaartkombrug in Leuven. In de Vaartkom staat havenmeester Piet ons al op te wachten. We mogen aan de kade liggen en hebben hier een 10 Amp. stroomaansluiting. Aan de kade liggen we niet achter een hek en het is op dit moment een bouwput rond de haven. Al de hoge bebouwing van de ‘Stella Artois’ brouwerij rond de haven wordt afgebroken of gerenoveerd tot appartementen en kantoren. Maar vandaag begint de grote vakantie dus het wordt een stuk rustiger. We hopen er het beste maar van.
