Maandag 10 augustus 2015
Om kwart over negen verlaten wij de jachthaven van Sas van Gent nadat wij eerst de watertank nog even hadden gevuld. Weinig verkeer op het Kanaal. Voor de brug bij Zelzate komt er een bovenmaats zeeschip van de kade. De boegschroef staat stevig te malen en achterop trekt er een grote zeesleper het schip achterwaarts van de kant. We varen er met een boog omheen.

We herkennen veel dingen langs het kanaal van de vorige keer dat wij hier voeren. We hebben besloten om niet via sluis Evergem de ringvaart om Gent op te gaan maar via de Tolhuissluis. Een kleine omweg via het Verbindingskanaal en de Brugse Vaart. Sluis Evergem duurde de vorige keer zo lang dat wij denken met deze omweg sneller op de ringvaart te komen. We ontlopen zo ook de grote beroepsvaart. De trambrug voor de Tolhuissluis in Gent draait tussen tien voor twaalf en vijf over twaalf. Nadat wij ons telefonisch hebben gemeld moeten wij nog een kwartier wachten voor wij verder kunnen. De Tolhuissluis ligt met de deuren open op ons te wachten. Het schutten gaat redelijk snel. Als wij de Brugse Vaart af komen nemen wij de afslag naar bakboord de ringvaart op. Achter de beroeps varen wij richting Sluis Merelbeke. Halverwege hebben wij aan stuurboord de Leie onder een brug door. We gaan meteen kronkelen achter de brug. Monumentale panden met grote tuinen zomen aan dit water. De op de kaart aangegeven aanmeerplekken stellen weinig voor. Veel kleine steigertjes sommige zo gammel dat er nog maar net een waterfiets aan vast gemaakt kan worden. Overal staan bordjes “Privaat” en “Niet meren”. We kronkelen nog maar even door. Het is hier vrij smal en het doet ons denken aan de “Havel” in Duitsland of de “Utrechtse Vecht” in Nederland. Om half vier zien wij eindelijk bij kilometer 47.7 een aardige steiger bij MYCG Leerne. We mogen aanmeren maar moeten proberen zoveel mogelijk voor de brug te gaan liggen. We steken echter met de bijboot nog een beetje onder de brug. De onderkant van de brug wordt bevolkt door een zwerm duiven. Op de steiger die onder de brug doorloopt zie je een spoor duivenpoep ter breedte van de brug. We blijven maar één nachtje hier en hopen dat het mee zal vallen. Het verkeer op de brug is ook best wel druk. We zijn het echter zat en hebben geen zin om nog verder te zoeken naar een plekje. De havenmeester is er om half vijf. We rekenen € 15,- liggeld af en dat is inclusief stroom en water. Een bakker en een superette is op 300 meter afstand. De steiger van de club ligt, met ons erbij, vol. We liggen hier best wel redelijk. Weinig verkeer op het water en ’s nachts is er ook bijna geen verkeer op de brug.


Adri spant zich in om het internet via Proximus weer aan de praat te krijgen. Ons tegoed is verlopen en we kunnen de App niet gebruiken om op te waarderen. Telefonisch kunnen of willen ze geen tegoed op onze rekening zetten. Uiteindelijk wordt er 500 Mb op ons tegoed bijgeschreven. De rest moeten wij maar via de automaat in de winkel opwaarderen. We liggen echter ver bij een winkel van Proximus vandaan. De frustratie kent bij Adri verschillende hoogtepunten tot 22.00 uur wanneer hij simpelweg te horen krijgt; “de werkdag zit er weer op meneer, morgen om 7.00 uur kunt u weer bellen, klik….” Adri is laaiend.