Donderdag 25 juni 2015

We willen vandaag de grens over naar Antwerpen. We hebben ongeveer 40 kilometer te varen en één sluis te gaan. De route loopt via het drukke havenbedrijf van Antwerpen. We besluiten op tijd te vertrekken. We zijn net de haven van Tholen uit of de stuurboordmotor houdt ermee op. Dit hebben we eerder mee gemaakt. Ik neem het stuurrad over en Adri snelt naar de motorruimte om te controleren of de brandstofkraan nog wel open staat. Dit blijkt niet het probleem te zijn dus draaien we de boot en varen maar weer terug naar de kade. De buurtjes aan de kade vragen of we wat vergeten waren. “Nee” zeg ik, “de stuurboordmotor stopte ermee.”  Dan ben je blij dat je twee motoren aan boord hebt, dan kun je tenminste nog aan de kant komen.

Adri heeft een vermoeden dat het opnieuw iets is met de brandstof. Een tweede buurman komt aanlopen en zegt hetzelfde. Hij had het al gehoord toen wij wegvoeren. “Er zit lucht in je brandstofpomp. Je moet hem even ontluchten, dan doet hij het weer.” Eh.. ontluchten, ik heb geen idee hoe ik dat moet doen. Ja, een boot heb je nu eenmaal om te varen en niet om aan te sleutelen, volgens Adri. De vriendelijke buurman biedt aan om even voor ons te kijken. We maken de vloer open en hij is even in de weer met wat sleutels en draait aan wat moertjes. Na een paar keer starten draait de motor weer en als een zonnetje. We bedanken de buurman die even later voor ons uitvaart in een zeilboot naar de Bergsediepsluis om te schutten voor de Oosterschelde. Wij vervolgen onze weg naar de Kreekraksluizen. Deze twee grote kolken zijn ieder 24 meter breed en 320 meter lang. De meeste beroeps kunnen naast elkaar in de kolk. Achterin mogen de plezierjachten de ruimte opvullen. We maken bakboord vast en zien aan stuurboord een beroepsschipper tijdens het schutten omhoog zijn auto van de sluismuur tillen en aan boord zetten. Alles rustig uitgevoerd, auto vast gezet, kraan opgeborgen en keurig op tijd de sluis voor ons uitgevaren. Je kan zien dat het beroeps zijn.

Als laatste varen wij uit de Kreekraksluis in het Schelde Rijn Kanaal richting Antwerpen
Als laatste varen wij uit de Kreekraksluis in het Schelde Rijn Kanaal richting Antwerpen

Na de sluis varen we al snel onder de Kreekrakbruggen door, de Bathsebrug en dan zijn we in België (België?). We varen de havens voor Antwerpen in. Veel industrie, overslag, scheepswerven en opslagtanks. Het is een groot uitgestrekt gebied. We varen ruim twee uur tussen allerlei havens door en komen ogen tekort om het allemaal in ons op te nemen.

Bij een vernauwing moeten we nog even inhouden om het beroepsverkeer voorrang te verlenen
Bij een vernauwing moeten we nog even inhouden om het beroepsverkeer voorrang te verlenen

Adri had in Tholen al contact opgenomen met het Willemdok in Antwerpen voor een FD nummer. Dit “Financiele Dienst” nummer is een registratienummer voor het schip. Men wil weten welke schepen zich in de haven bevinden. Als je in het Willemdok verblijft zijn de kosten bij het liggeld inbegrepen. Vaar je meteen door naar het Albertkanaal of de Schelde dan ontvang je een factuur bij thuiskomst. Bij de eerste brug in België, de Noordlandsebrug moeten wij ons aanmelden met het nummer dat wij hebben aangevraagd via het Willemdok. Zodra wij het havengebied verlaten moeten wij dit opnieuw melden.

Bij de Siberiabrug wordt een groot nieuw pand gebouwd het 'Havenhuis'
Bij de Siberiabrug wordt een groot nieuw pand gebouwd het ‘Havenhuis’

Het Willemdok is één van de oudste Antwerpse dokken helemaal achter in het havengebied op tien minuten loopafstand van het historische centrum van Antwerpen. Via de Siberiabrug komen wij in het Kattendijkdok waar in de Kattendijksluis naar de Schelde ligt. Vlak voor de Londenbrug, die eens in het uur draait ligt er een badboot waar volop gebruik van gemaakt wordt met deze warmte. De havenmeester vaart de wachtende boten langs om uit te leggen dat het de bedoeling is dat je op hem wacht voor een ligplaats. In colonne varen we het Willemdok in en wachten tot de havenmeester ons naar een steiger brengt. Hij vraagt ons hoelang de boot is en brengt ons naar een plekje in een hoek van 16 meter. “Probeer het maar…” Twee mannen op de steiger proberen ons te helpen. Maar het is gewoon te krap. Dan is de havenmeester er weer in zijn rubberbootje en zegt; “Kom maar mee naar een ander plekje”. We volgen naar een lange steiger waar wij tussen een aantal zeer luxe jachten komen te liggen. Hier hebben wij de ruimte die wij nodig hebben. We leggen de boot vast. Het is inmiddels 14.30 uur en Tess wil graag naar de kant voor het hoog nodige. In het havenkantoor haal ik alvast een sleutel op voor het toegangshek en ga met Tess aan de wal. We zitten inderdaad op een hele mooie locatie. We kijken uit op een heel modern gebouw tussen het Willemdok en het Bonapartedok het MAS. Dit staat voor Museum Aan de Stroom.

In het Kattendijkdok tussen de Londenbrug en de Siberiabrug zorgt de Badboot voor verfrissing
In het Kattendijkdok tussen de Londenbrug en de Siberiabrug zorgt de Badboot voor verfrissing

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *